De Kunduz-missie, die door GroenLinks aan allerlei beperkingen is gebonden, dreigt nu al, nog geen half jaar na de start, een andere inhoud te krijgen. De regering wil de missie uitbreiden. Niet doen, zegt het Afghanistan Initiatief, een groep leden en betrokkenen. De mandaatuitbreiding betekent opgeven van de eis dat we geen oorlogspolitie opleiden.
In de regeringsbrief “Aanvullende stand van zaken brief politietrainingsmissie Afghanistan” van 4 november 2011 staat dat “er geen volledige dagtaak voor twintig Kmar-opleiders is. Tijdens het algemeen overleg van 26 april jl. is gemeld dat er een overcapaciteit zou ontstaan als Nederland uitsluitend zou opleiden voor Kunduz”.
Hoe het mogelijk is dat de regering zich zo schromelijk vergist heeft en een politiemissie heeft opgezet waar nauwelijks behoefte aan is staat niet in de regeringsbrief. Zij houden het erop dat dit “de veranderlijkheid van de Afghaanse omgeving” toont.
Hoe dan ook, voor de werkloze trainers dient werk gezocht te worden, vindt de regering. Zij stelt voor om dan maar een ander soort politie te gaan opleiden, namelijk grenspolitie en lager kader. Bovendien zouden ook agenten voor buiten Kunduz opgeleid moeten worden. De vraag is natuurlijk of met zo’n uitbreiding van het mandaat nog voldaan is aan de “keiharde” eisen die Jolande aan de missie heeft gesteld, o.a. dat we geen agenten gaan opleiden om oorlogstaken te verrichten, maar zuiver voor civiel werk.
Het Afghanistan Initiatief, een groep leden en betrokkenen, die in januari al fel pleitte voor een “nee” tegen de missie, schreef een brief aan de fractie om niet in te stemmen met deze mandaat-uitbreiding. Daarvoor zijn 3 redenen:
- De grenspolitie is oorlogspolitie. Zij komen regelmatig in contact met de Talibaan, die de grens over wil en strijden met zware wapens. Weliswaar is dat in Noord-Kunduz minder het geval dan aan de oostgrens, maar het komt er steeds vaker voor.
- Het lagere politiekader wordt veelal ingezet voor de “counterinsurgency”, de terrorismebestrijding. Daarvoor wordt hen geleerd om verdachte bewegingen (bijvoorbeeld een vrachtwagen die een hoeveelheid onbekende goederen bij een huis aflevert) te melden bij de Navo. De Navo beschouwt dit als een teken van terrorisme en gaat dan vaak over tot “nightraids”. Elke nacht vinden ca. 30 tot 40 night raids plaats. Vrouwen, kinderen en mannen worden het huis uit gesleept, de mannen vaak geslagen en verhoord. Hierbij vallen ook doden, naar verluidt aanzienlijke aantallen. Een groot aantal mannen wordt afgevoerd naar detentiecentra.
Als er een verdenking is van collaboratie met de Taliban, dan is dat aanleiding voor een nightraid. Dit zou kunnen betekenen dat straks aan de hand van informatie verstrekt door door onze trainers opgeleide onderofficieren besloten wordt deze nightraids uit te voeren. - Het trainen buiten Kunduz betekent dat geen controle mogelijk is op wat de door ons getrainde mannen gaan doen. En dat was zo’n “keiharde” eis van Jolande: we zouden bewaken dat de agenten niet aan de oorlog mee gaan doen. Binnen Kunduz is daarvoor het “agentvolgsysteem” toegezegd (voor wat het waard is), maar daarbuiten is geen controle mogelijk.
De fractie heeft het opleiden van grenspolitie afgewezen om de hierboven genoemde redenen. Maar voor het opleiden van lager kader en het trainen buiten Kunduz lijkt zij wel begrip te hebben. Er wordt gepoogd in gesprek met de fractie te komen, maar die lijkt daar voorlopig niet toe bereid.
Ook op het punt van de grenspolitie zou de fractie nog weleens overstag kunnen gaan. De regering moet namelijk nu met een concreet voorstel komen, rekening houdend met de afwijzing van GroenLinks op het punt van de grenspolitie. Dat voorstel komt in een zogenaamde “artikel 100” brief. En daarin gaat de regering waarschijnlijk voorstellen om de grenspolitie te scheiden in een vechtend en een niet-vechtend deel. Wij zouden dan de niet-vechters gaan opleiden. Het Afghanistan-Inititief beschouwt dat als een volkomen theoretische oplossing, die niets met de Afghaanse werkelijkheid te maken heeft. De regering zal dan opnieuw te maken krijgen met “de veranderlijkheid van de Afghaanse omgeving”.
GroenLinks moet elke mandaatuitbreiding afwijzen. De regering heeft, door trainers te sturen naar een gebied waar nauwelijks trainers nodig zijn, laten zien geen idee te hebben van waar zij mee bezig is. Dan is onze missie dus gedeeltelijk overbodig. Laat die trainers maar naar huis komen in plaats van werk voor hen te gaan verzinnen.
Zie ook: Kunduz monitor